Curcumine: antikankermiddel of therapieverstoorder?

Recent konden we in de Belgische en Nederlandse pers lezen dat kurkuma (curcumine) mogelijk risico inhoudt in combinatie met hormoontherapie na borstkanker. Een Rotterdamse studie toonde namelijk aan dat curcumine interfereert met tamoxifen, waardoor de spiegels in het bloed dalen en de werking van de hormoonbehandeling het risico loopt niet meer effectief te zijn.
De feiten rond curcumine even op een rijtje.
Curcumine is het actieve bestanddeel en belangrijkste component van kurkuma. Curcumine, geeloranje kleurend in curry, zou antikanker-eigenschappen bezitten en kanker kunnen voorkomen. Kurkuma, dat curcumine bevat, wordt over het algemeen als veilig beschouwd; voorzichtigheid met hoge dosis blijft echter geboden tijdens de zwangerschap. Bloedverdunnende eigenschappen van curcumine kunnen mogelijk interfereren met bloedverdunnende medicatie, wat op verder onderzoek wacht.
De preventieve en therapeutische werking van curcumine in de behandeling van kanker is onderzocht in verschillende studies, meestal met gunstige resultaten. Het gaat vooral om kleinschalige studies waarbij kanker in een vroeg stadium met curcumine als voedingssupplement, niet als geneesmiddel, werd onderzocht. Gecontroleerde klinische studies zijn amper beschikbaar.
Interacties tussen curcumine voedingssupplementen en kankerbehandelingen werden beschreven in dierproeven. Bevestiging bij mensen ontbreekt. Het effect van curcuminesupplementen op de bijwerkingen van chemo- en radiotherapie bij kankerpatiënten zou gunstig zijn volgens bepaalde studies. Ook hier gaat het over kleine studies met beperkte evidentie. Bij pancreaskanker zou curcumine de werkzaamheid van gemcitabine dan weer kunnen verbeteren maar ook dit dient bevestigd te worden in grotere studies.
De resultaten van Rotterdam waarover de pers bericht zijn toch verrassend. Hoewel de studie gebaseerd is op een zeer klein aantal (16) patiënten, werd in dierenproeven net het omgekeerde gezien. Het groepsverschil in tamoxifenconcentratie bij de bestudeerde patiënten is echter klein en zeer variabel van patiënt tot patiënt. Bovendien was de dosis van curcumine in de Rotterdam studie ook zeer hoog (3600mg per dag). Een inname van dergelijke dosis via een dagelijkse voeding, hoe stevig gekruid ook, is uitgesloten. Keukengebruik van kurkuma bij kankerpatiënten blijft dus veilig.
Op welke manier curcumine het metabolisme van bepaalde medicijnen mogelijk beïnvloedt moet nader worden onderzocht.
Als kanttekening: het is nog de vraag of een iets verlaagde dosis tamoxifen problemen geeft. Verschillende onderzoekers stellen immers de gangbare hoge dosis tamoxifen bij borstkankerpatiënten in vraag. Nevenwerkingen, uitdagingen voor therapietrouw en de lange therapieduur (minstens 5 jaar) bemoeilijken een hoge tamoxifendosis. Hetzelfde effect met een lagere dosis zou goed nieuws zijn voor de talrijke borstkankerpatiënten die deze medicatie krijgen. Lopende grote studies zullen uitsluitsel brengen, het is dus nog even wachten alvorens we hierover aanbevelingen kunnen delen.
De huidige wetenschappelijke kennis rond curcumine is onvoldoende om enig advies op te baseren. Curcumine kan op grond van de huidige evidentie niet aanbevolen noch afgeraden worden. Meer onderzoek is nodig om het mogelijke potentieel van curcumine al dan niet aan te tonen.
Interacties tussen geneesmiddelen en/of supplementen zijn altijd mogelijk. Het is kankerpatiënten aangeraden om de behandelende arts op de hoogte te brengen van elke medicamenteuze combinatie en/of gebruik van supplementen.
Wie meer wil weten over Kurkuma (curcumine) kan terecht op de Wegwijzer voedingssupplementen van de Stichting tegen kanker, waar het Antikankerfonds aan meegewerkt heeft.
De studie uit Rotterdam werd gepubliceerd in Cancers 2019, 11, 403.