Opinion

Je kan patiënten pas redden als geneesmiddelen bij hen raken

Je kan patiënten pas redden als geneesmiddelen bij hen raken

Nog moeilijker dan 5 miljoen inzamelen tegen kanker is dat bedrag verantwoord inzetten, schrijft Lydie Meheus van het Antikankerfonds (AKF) in een opiniestuk dat op 17 mei 2018 in De Standaard verscheen. Ze hoopt dat onderzoekers en fondsen kijken naar de noden van de patiënten en er samen in slagen verstandig te investeren.

986 teams reden afgelopen weekend de 1.000 kilometer van Kom Op Tegen Kanker. Daarmee zamelden ze bijna 5 miljoen euro in tegen de strijd tegen kanker. Het is indrukwekkend hoe solidariteit mens en maatschappij beweegt om geld in te zamelen. De vele kankerpatiënten hebben die steun nodig, dat staat buiten kijf. Maar een fietsweekend of een Warmste Week zijn lang niet genoeg, want dat zijn slechts druppels op een hete plaat in het klinische onderzoek naar kanker. We hebben vooral structureel een antwoord nodig.

Er worden voortdurend nieuwe behandelingen en geneesmiddelen gevonden. Toch sterven er nog altijd te veel mensen aan de ziekte met hoofdletter K. De focus moet verschuiven van liefdadigheid naar langetermijnoplossingen. Als we meer vooruitgang willen boeken, zijn er investeringen nodig in internationaal klinisch onderzoek. De voorwaarde is dat de patiënt steeds vooropstaat bij de selectie van welke klinische studies voorrang krijgen. Andere belangen of beperkingen mogen niet doorwegen.

Zeldzame kankers

We worden dan wel slimmer dankzij microscopen en proefbuizen, maar die kennis alleen volstaat niet om overlevingskansen te verbeteren. Je kan pas patiënten redden als die nieuwe behandelingen en geneesmiddelen ook tot bij hen raken. Data rond veiligheid, risico’s en werking in mensen moeten beschikbaar zijn. Maar patiëntenstudies zijn niet alleen duur en tijdrovend, ze vragen ook om een strategische aanpak en bundeling van onderzoekskrachten.

De grootste noden doen zich vandaag voor bij zeldzame kankers. De grote verscheidenheid in types kanker maakt dat het om een groot aandeel patiënten gaat. Toch hinkt de medische vooruitgang sterk achterop in deze groep. Commerciële belangen enerzijds (of beter: het gebrek eraan) en noodzakelijke internationale samenwerking tussen onderzoeksinstellingen en fondsenverstrekkers anderzijds liggen aan de basis daarvan.

Er zijn waardevolle ideeën genoeg om klinisch verder te onderzoeken. Die hebben beloftevolle mogelijkheden om baanbrekende kankerbehandelingen in de markt te zetten. Helaas ligt de economische focus niet per se daar waar ook de patiënt op zit te wachten.

Veel budgetten gaan momenteel naar dure onderzoekspistes die heel wat wetenschappers bewandelen. Iedereen wil de gouden speld in de hooiberg vinden. Maar het Antikankerfonds had drie jaar nodig om een budget en artsen te vinden voor een trial met een ontstekingsremmer en een betablokker als bijkomende behandeling voor pancreaskanker. Dat die medicijnen patentvrij zijn, maakt dat ze nog weinig economische waarde hebben en dus financieel niet interessant zijn om te onderzoeken. De studie start deze zomer in Heidelberg, het grootste Europese centrum voor operatieve behandeling van pancreaskanker.

Over grenzen kijken

Patenten en opbrengsten domineren de industriële vooruitgang in het kankeronderzoek. Nationaal en Europees onderzoeksbeleid worden te weinig gestuurd in de richting van maatschappelijk resultaat. Kanker is vandaag exclusief een succesvol return on investment-model. Maar om het medische vraagstuk op te lossen, moeten alle behandelingsopties onderzocht worden, ook diegene waarvan de financiële opbrengst beperkt is.

Filantropisch tegengewicht is dus aan de orde als we minder mensen willen zien sterven. Dat een actie vijf miljoen euro opbrengt, is mooi, maar dat bedrag kan alleen een hefboom zijn, als het naar de meest beloftevolle klinische studies gaat.

Fundraising moet op de eerste plaats ingezet worden om niet-financieel gedreven klinisch onderzoek te bekostigen en te stimuleren. Eén fonds of één land kan dit niet alleen. Wetenschappers moeten de koppen bij elkaar steken en inzichten rond de meest interessante pistes samenleggen. Enkel inzetten op innovatie is te eenzijdig. De inzetbaarheid van bestaande geneesmiddelen en behandelingen verbreden is één van de belangrijkste verwaarloosde pistes. Kennis- en fondsenversnippering zijn daarbovenop doodzonde, simpelweg omdat de vraagstukken te groot zijn. We moeten over grenzen durven kijken: van landen, onderzoekscentra, ziekenhuizen, universiteiten, farmaceutische producenten én belangen.

Laten we alle beschikbare fondsen mobiliseren en NU inzetten door vooral de ratio te laten spelen en slechts één belang mee te nemen in hoe we deze fondsen inzetten: de enige drijfveer in financieren van klinisch onderzoek moet de wetenschappelijke inzichten en de noden van de patiënten zijn.

Het Antikankerfonds heeft stapels potentiële klinische studies liggen die niet gefinancierd geraken omwille van één van de vele struikelblokken hierboven. Wij zien de vele noden, maar hebben vooral de grote overtuiging dat er oplossingen zijn en mogelijkheden klaar liggen als we samen verder durven kijken dan de emotie van vandaag. Als we in teams kunnen fietsen, moeten we ook in teams kunnen samenwerken in kankeronderzoek zodat er binnen 10 jaar minder mensen sterven aan kanker dan vandaag.